13 november, 2022

Zoveel hoofden, zoveel zinnen

Veel ontwikkelingen stemmen niet vrolijk. Op de eerste plaats de oorlog in de Oekraïne, vervolgens zorgen over het klimaat, prijsstijging van energie en boodschappen; en bovendien gaat iedereen voor zijn eigen gelijk. We nemen onze meningen te serieus. Daarbij schrijf ik dan ook nog eens een essay over de moordaanslag op Salman Rushdie; allemaal zaken die deprimeren.

Mijn ontdekking de laatste jaren is het besef hoe weinig ik feitelijk nadenk. En juist het gebrek aan nadenken kan wel eens het probleem van deze tijd zijn. De gave van het denken wordt slechts op één manier uitgepakt, en dat is jammer. De belangrijkste toepassing van het denken blijft verborgen. Dagelijks kan ik ergens langsrijden, en niets zien. Het vrije denken stelt mij in staat mezelf te leren kennen, en daardoor mijn individualiteit vorm te geven. Een individualiteit die zich verhoudt tot de samenhang van de wereld om mij heen. Deze ontwikkeling is de stille weg; mijn weg waarop eenzaamheid opdoemt, maar ook verwondering opveert en tenslotte werkelijkheid tevoorschijn komt.

Door me bijvoorbeeld te concentreren, onderscheid ik wanneer ik denk en wanneer ik niet denk. Alleen het onderscheid zorgt al voor enige orde. Een veelheid waarnemingen, zowel innerlijke (gevoelens, herinneringen) als uiterlijke (zintuigelijk) overkomt mij; een stroom van indrukken en ervaringen komt opgang. Er ontstaan allerlei associaties, fantasieën en soms hallucinaties; bij dit alles is de rol van het denken nihil. De stroom blijft steken in wervelende gevoelens en ervaringen; een borrelende bron van onrust. Angst en onzekerheid steken de kop op; beide zijn vaak aanleiding voor agressie. Je valt van de ene emotie in de andere. 
De gevolgen van wervelende gevoelens werken verslavend. Een stadion vol mensen drijft op de golven van emoties: het gevoel van met z'n allen één zijn, ook vloeken, schelden, tieren en erger dragen daar aan bij. Het gebruik van verdovende middelen en het oorverdovende gedreun van bassen en drums brengt de meute in extase. De mens hallucineert. Het is van alle tijden, in de oudheid streefde men deze ervaring ook na: het hoogste doel van veel riten was dan ook in trance raken en uittreden, boven jezelf uitstijgen. De zwaarheid van het bestaan niet meer voelen. Je lost op in het geheel. In een ver verleden, nog voordat de scheppingsverhalen geschreven waren, was deze onbewuste, droomachtige toestand de permanente staat waarin de mens verkeerde. Men was in alles één en onderdeel van het geheel.

Het vrije denken verandert de werkelijkheid. Mijn opkomende individualiteit scheidt mij van mijn omgeving. Het vrije denken stelt me in staat mijn omgeving dieper te doorgronden, geeft mij inzicht in de onuitsprekelijke samenhang. Door mijn activering van het vrije denken ontstaat een werkelijkheid waarmee ik me bewust verbind. Het vrije denken staat open voor alle begrippen en gedachten die de samenhang openbaren binnen de wereld om mij heen en de wijze waarop ik me daartoe verhoud. Sterker nog, ik kom tot de ontdekking dat ik me ook binnen die wereld bevind. Het wordt mijn werkelijkheid. Laat in het najaar, eind oktober, bloeide er op de tuin nog een jonge plant: een paarse smeerwortel. Ik stelde vast dat de plant blaakte van gezondheid; en op zeker moment ervaarde ik de plant en het leven van de plant in mij, er was geen grens meer. Ik verkeerde in de wereld van de plant en de plant verkeerde in mijn wereld: we waren één wereld; soms ervaar ik dit ook wanneer ik met mensen spreek. Deze verbondenheid met de werkelijkheid omvat ook de oorlog in de Oekraïne, maar evengoed de werkelijkheid van de moordaanslag op Salman Rushdie. Het is niet de werkelijkheid van een goed gevoel ervaring, en toch is het een werkelijkheid die me geruststelt.

Concreet put het vrije denken naar believen uit de gedachteninhoud van de wereld, zoals longen zuurstof uit de lucht halen. Deze gedachteninhoud is zuiver en helend, zij onderhoudt de wereld, zij kan niet ziek zijn, zoals zuurstof ook niet ziek kan zijn. Wanneer ik me afgesneden of depressief zou voelen, biedt het  vrije denken een mogelijkheid mezelf uit de duisternis op te trekken. Want ik ben tot leven gekomen; ik weet me geborgd in de wereld. Het vrije denken behoedt mij evenzo voor grootsheidswaanzin. Zelfreflectie is een natuurlijk onderdeel van het vrije denken, ik leer mijn plaats kennen. Het is verspilde moeite de ander de maat te nemen. Het eigen gelijk lijkt imposanter dan het in werkelijkheid is. De meeste mensen komen er op hun manier. Het uitwisselen van gedachten helpt soms (maar gedachten zijn geen meningen of oordelen).

Geen opmerkingen:

Veel gelezen: